Exit-mediation: de emotionele kant ervan

Exit-mediation

Ik las vanmorgen op LinkedIn een post over hoe je als werkgever een werknemer zo ver krijgt dat deze meewerkt aan een ‘ontslag met een vaststellingsovereenkomst'. Op die woordkeus ga ik als mediator direct aan.
Wie met een vso uit elkaar gaat beëindigt de arbeidsrelatie, zoals dat heet, ‘met wederzijds goedvinden’. Ofwel: op zo’n manier dat beide partijen het (voldoende) goed vinden. Uit elkaar gaan op zo’n manier is een gezamenlijke beslissing.

Het woord ‘ontslag’ strijkt veel werknemers tegen de haren. Ontslagen worden is eenzijdig en wordt geassocieerd met falen en afgedankt worden. En alleen al de dreiging van ontslag is reden om niet te willen meewerken en in de vechtmodus te komen. Want ontslag zonder ontslaggrond voelt oneerlijk. En tegen oneerlijkheid kom je als een reflex in het verweer.
Het is niet uitzonderlijk dat het aanbieden van een vso de emmer van de toch al gespannen werkrelatie doet overlopen. Ziekmelding volgt en op het advies van de bedrijfsarts volgt dan vaak alsnog mediation. In een intakegesprek zegt een werknemer mij dan: “Ik laat me niet zomaar bij het grofvuil zetten.” Wat er überhaupt inhoudelijk als afscheidsregeling werd geboden doet vaak niet eens terzake; de ‘manier waarop’ maakte al dat de deur voor een onderhandeling dicht zat.
Uit elkaar gaan is een proces dat gepaard gaat met rouw; je raakt kwijt wat ooit goed was (ooit tekende je ervoor). Door dit te erkennen en hierover te praten kan ook een werknemer concluderen dat ‘de koek op is’ (want hoe gaat het zijn te blijven werken voor een werkgever die dat niet meer wil?). Een werknemer kiest na reflectie vaak liever voor ‘geluk’ dan ‘gelijk’. En pas dan ontstaat de bereidheid een vso te overwegen.

Wil je als werkgever een gelijkwaardig gesprek met je werknemer aangaan om de mogelijkheid van een vso te verkennen, dan doe je er goed aan dat binnen mediation te doen. Wellicht word je verrast en blijken er nog andere oplossingen mogelijk dan uit elkaar gaan. Maar ook ‘op een goede manier uit elkaar gaan’ kan de insteek van mediation zijn; exit-mediation heet dat dan. Het woord ‘ontslag’ neem ik als mediator daarbij niet in de mond, hooguit in een gevoelsreflectie richting de werknemer om te erkennen dat het zo kan vóelen en dat dat pijnlijk is. Uit elkaar gaan met een vso doe je sámen, en met inachtneming van elkaars belangen. Mediation biedt hiervoor de veiligheid en de vertrouwelijkheid. Je komt er alleen samen uit als de ander zich ook gehoord voelt en erkend in diens emoties en belangen.

Hier een link naar mijn handige exit-checklist. Hierin een opsomming van zaken waarover je bij exit-mediation mogelijk afspraken wilt of moet maken.